…. en met Pasen maakte moeder “Kamper Steur”
door Hendrik de Boer (14.1.3.3*)

Zaterdag 6 oktober zaten we aan het einde van een zeer geslaagde reünie in de late middagzon te genieten van de heerlijke hutspot op het terras van Wielbergen.
Al etend en pratend kwam het gesprek aan ons tafeltje op Willem, die op eerdere reünies steevast even uitlegde waarom begin oktober op de reünie hutspot werd gegeten. “Wel, op 3 oktober 1574 werd Leiden, na een belegering van maanden door de Spanjaarden, ontzet en brachten de Watergeuzen, in hun bootjes over het onder water gezette land, haring, wittebrood en hutspot naar de uitgehongerde bevolking van Leiden. En omdat moeders familie uit Leiden afkomstig was, aten wij dus net als alle Leidenaars traditiegetrouw elk jaar op 3 oktober hutspot.”
Een dame aan ons tafeltje merkte vervolgens op: “maar Willem vertelde meer.” Toen werd het even stil, geen herinnering bij de anderen. “Ja”, ging ze verder, “en met Pasen maakte moeder Kamper Steur.” En daarna de hamvraag: “Wie kan mij helpen aan het recept van het gerecht Kamper Steur?” Bij allen onbekend.
Ik beloofde navraag te zullen doen bij een kennis in Kampen. Maar helaas, ook daar recept onbekend. Einde verhaal! Toch niet!
Onlangs maakte ik op een mooie zaterdagmiddag een wandeling door bos en hei in de omgeving van ’t Harde. Op een gegeven moment moest ik op een smal heidepaadje even een paar stappen in de heide doen om een tegemoetkomend echtpaar, waarvan de dame bekend is vanwege haar culinaire producties, te laten passeren.
Na een groet en enkele opmerkingen over het heerlijke lenteweer in februari vroeg ik haar: “Hebt u wel eens gehoord van het gerecht Kamper Steur? “Ja, zeker”, was het antwoord, “en ik heb er ook een recept van. Omdat bij dat recept ook een verhaaltje is, zal ik binnenkort wel een kopie bij u in de bus doen.”
Dat is gebeurd en zo ben ik aan het recept Kamper Steur gekomen.
Omdat naam en adres van de vragende dame mij niet bekend is, volgt hieronder voor haar en verder voor iedereen die het ook wil uitproberen, het recept Kamper Steur.
Veel kookplezier en met Pasen 2009 smakelijk eten.

Kamper Steur
Een zo oud en bekend streekgerecht, dat het al een eeuw geleden in de Hedendaagsche Kookkunst van Maria Haezebroek stond. Vermoedelijk vooral vanwege het koddige verhaal dat eraan vast zit en dat tot in Belgisch Limburg is doorverteld. Het Kamper stadsbestuur zou een feestmaal aanrichten voor een hoge gast (volgens de Belgen de Prins van Luik). Hij kwam niet opdagen en daarom liet men de steur, die speciaal voor deze gelegenheid gevangen was, maar weer los in de IJssel, met een belletje om.

De Kamper burgers waren aordig leepe in die tied, Zee adden van de mooie steur now eelemaole geen spiet.
Zee zeegen: hew ies weer be-oefte aan zo'n visch, dan kuw eeminsten euren waor of et beesien is.

Sindsdien serveren de Kampenaren met een uitgestreken gezicht aan alle hoge gasten Kamper Steur: harde eieren met mosterdsaus. Vroeger werd dit verhaaltje graag aangehaald om te laten zien hoe dom de Kampenaren wel zijn. Maar in werkelijkheid lagen ze voor. Als de om zijn kaviaar meedogenloos vervolgde steur straks overal ter wereld is uitgeroeid, hebben ze in Kampen nog altijd steur.

Per persoon:
2 eieren; 15 g boter; 15 g bloem; 11/2 dl water; peper, zout; 1/2 eetl. mosterd; selderij

De eieren 10 minuten in ruim water koken. De boter smelten in een kleine pan, al roerend de bloem erbij strooien. Nog altijd roerend het water toevoegen, flink peper en zout erbij en 5 minuten laten doorkoken.
De hete eieren laten schrikken onder de koude kraan, pellen, in de lengte halveren.
Van het vuur af de mosterd door de saus kloppen. Op een platte schotel schenken, de eieren op de rug erin leggen. Versieren met heel gehouden selderij blad. Hierbij warme toost met boter of drooggekookte rijst en sla.

Nu het nog niet te laat is, kunt u dit recept heel gemakkelijk ook eens terug vertalen naar een echte vis: voor Kamper schol gaat u precies zo te werk als boven beschreven. Alleen fruit u eerst een uitje in dunne ringen in de boter. De mosterd vermengt u voordat u hem toevoegt aan de saus met evenveel citroensap. In de zo verkregen mosterdsaus legt u per persoon 2 dubbelgeklapte scholfilets. Die bestrooit u met fijngesneden peterselie en wat geraspte kaas. Nu 15- 20 minuten in een voorverwarmde oven van 200°C. Tot de kaas licht is gekleurd. Met kropsla en wittebrood.

(Eerder gepubliceerd in het familieblad "De profeet van de Veluwe", jaargang 24, voorjaar 2008, nr. 77.)